Kleinkunst: Winterwiegelied
Winterwiegelied
(Willem Vermandere)
nu dat de kinders zijn gaan slapen
en al de lichten zijn gedoofd
zit ik nog bie 't vier te waken
't is were avond god zij geloofd
de kabouters zijn uitgebroken
met de nevels over 't veld
't is 't eure van slekken en spoken
ik hè mijn schaapkes goe geteld
nu mag het zachtjes sneeuwen
over mijn land wijd uitgestrekt
de kinders zijn met warme dekens
en zoete dromen toegedekt
moeder zal een slaaplied zingen
als je angstig wakker schiet
ze zal melk en honing brengen
en zachte sussen je groot verdriet
durf nu niet de vrede breken
zorgt dat de dwaze praat verstomt
't is daarom da'j zachtjes moe spreken
met teedre woorden als d'avond komt
zo mag het nu nog eeuwen deuren
nu dat de lichten zijn gedoofd
alles slaapt d'r kan niets gebeuren
't is were avond god zij geloofd