Kleinkunst: Als ik ‘s avonds nog heel even
(
Als ik ‘s avonds nog heel even
(Arjaun, tekst: Walter Evenepoel, muziek: Wilfrid Moonen)
ls ik ‘s avonds nog heel even in je kamer binnensluip
kan het mij soms overkomen dat ik zachtjes bij je kruip
om je kleine hand te voelen, die naast je hoofdje ligt
en je vingertjes te tellen in het laatste avondlicht.
En ik knipoog in het donker naar de grote bruine beer
en ‘t is net of ‘k hoor hem vragen “ zo, kom jij ook nog een keer?”
Maar hij zwijgt en strooit zijn dromen en hij stuurt je nog een schaap
om met jou door ‘t gras te lopen op het eiland van je slaap.
Als een paar verdwaalde stralen van die goeie ouwe maan
in een eind’loze seconde langs de kamermuren gaan,
zie ik alle kleine dingen die je nu zo dierbaar zijn,
posters van Suske en Wiske, van Club Brugge en Piet Konijn.
Op een schab je Legotreintje en een spaarvarken uit klei,
op het kastje naast de wekker, een portret van jou en mij.
Dan zou ik willen vragen, blijf gerust nog maar wat kind,
dat je deze kleine dingen nog heel lang belangrijk vindt.
Maar dan zie’k je broze lijfje en de angst slaat mij om ‘t hart
want de tijd gaat ook bij jou voort en de wereld is zo hard.
Als ik je hier zo zie liggen, onbewust van het gevaar,
dat je morgen kan belagen, of misschien wel volgend jaar.
Ik zie rotsblokken die vallen, lokkend water, diep en koud,
spuiten, pillen, snelle wagens, legerlaarzen in het woud.
Je mompelt wat als ik rechtsta en mijn gedachten samenraap.
Ik laat je nu beter alleen op het eiland van je slaap.