Kleinkunst: Anastasia
Anastasia
(Willem Vermandere)
O Anastasia
Matriosjka uit Petreograd
belandd’hier in ons boeregat,
want vader was nen witte rus,
ze vluchtten weg van erf en huis,
O Anastasia, Anastasia
Want ‘t volk leefd’in te grote nood,
Tsaar en tsarina moesten dood,
d’oktobermaand vol tegenspoed,
de sneeuw was rood van mensenbloed,
O Anastasia, Anastasia
O Anastasia
langs Vladivostok voert mijn lied,
nen trein van eindeloos verdriet,
langs China, Indië en Afrika,
per schip misschien naar Amerika,
O Anastasia, Anastasia
Maar in Marseille ging j’aan wal,
in ‘t douce France is ‘t nog best van al,
oh Dieu merci on est sauvé,
chez nous on aurait tous tués,
O Anastasia, Anastasia
O Anastasia
Matriosjka aan moeders hand,
belandde hier in ons vlaanderland,
de roebels en ‘t russisch satijn,
verging in ‘t bier en de brandewijn,
O Anastasia, Anastasia
en dat edel volk uit Petrograd
hier nu op een mansarde zat,
en werken hard om ‘t dagelijks brood,
van heimwee ging hier moeder dood,
O Anastasia, Anastasia
O Anastasia
van Vladivostok vol verdriet,
zong ‘t meiske dan een droevig lied,
ze trouwde met nen brave vent,
ik heb diene mens nog goe gekend,
O Anastasia, Anastasia
en dromend van heur oud vaderland
zo leeft z’hier in ons vlaanderland,
hier in dit godvergeten gat,
‘n prinsesse uit Petrograd,
O Anastasia, Anastasia