Kleinkunst: De Lébergse hoogte
De Lébergse hoogte
(Arjaun, tekst: Walter Evenepoel, muziek: Wilfrid Moonen (1994))
Op de Lébergse hoogte, heeft mijn moeder verteld,
in de schaduw van de oude kapel,
waar tussen de beuken en het eind van de baan
het zware geschut heeft gestaan,
ze vertelt hoe ze ‘t doffe gedreun heeft gehoord
hoe de rust van dit dorp door ‘t geweld werd verstoord
en ze weet nog precies waar die vreemde soldaat
in zijn slaap overvallen werd door een granaat...
En dan zie ik de foto’s van kort na die tijd
en de sporen van brutaliteit,
vergeelde getuigen van waanzin en strijd,
de juichende mensen ten spijt.
En ik hoor de verhalen van wraak en verraad,
van blinde vernielzucht en haat,
hoe het laffe gepeupel, niet gehinderd door ‘t Recht
in zijn domheid kon zeggen wie goed was of slecht.
Ik sta weer op de heuvel en een man komt voorbij,
hij kijkt even schuchter naar mij.
Hij stapt haastig verder als ik hem herken,
even schuw als wantrouwig, zoalng ik hem ken.
Ooit was hij jong, vol vuur, optimist,
geen verrader, maar idealist.
Nu leeft hij al vijftig jaar schuw aan de kant.
Wat zijn wij voor mensen, wat is dit voor een land...?