Kleinkunst: De rode heuvel
De rode heuvel
(Wim De Craene)
't Is geen Montmartre, al is 't ook een heuvel
Hier geen versierder, geen pooier, geen miet
Geen zwendelaar met zijn gladde gekeuvel
En zelfs de tafelhoer vind je d'er niet
Hier heeft de grond al wat bloed moeten slikken
Burgers-, boeren-, arbeidersbloed
Sneuvelen boeven die oorlog ontsteken ?
Neen, want hun hart is zo hard als diamant
Rode heuvel, zo heet het hier,
Want eenmaal zijn ze stervend de kloof in geworpen
Nu groeien er druiven, ze persen er wijn
Wie hem drinkt zit het bloed van zijn makkers te slorpen
't Is geen Montmartre, geen kermis der lusten
Hier geen champagne met liedjes omrand
Jongens die pas nog hun lief ten afscheid kusten
Hebben er hun doodssnikken hier uitgejankt
Hier kwamen tranen de aarde doorweken
Tranen van arbeiders voor stad en land
Sneuvelen boeven die oorlog onsteken
Neen, want hun hart is zo hard als diamant
Rode heuvel, zo heet het hier,
Want eenmaal zijn ze stervend de kloof in geworpen
Nu groeien er druiven, ze persen er wijn
Wie hem drinkt zit het bloed van zijn makkers te slorpen
't Is geen Montmartre, al bloeien er wijnen
Al klinkt gezang en het gepraat er verwart
Al liggen er jongens met meisjes te geinen
Ik gun ze ‘t graag, maar het valt me koud om 't hart
Op deze plaats, waar die jonge malloten
Kirren bij levenslustig genot
Heb ik 's nachts gehoord hoe hun leeftijdsgenoten
Gilden om hulp met hun dood in het lijf
Rode heuvel, zo heet het hier,
Want eenmaal zijn ze stervend de kloof in geworpen
Nu groeien er druiven, ze persen er wijn
Wie hem drinkt zit het bloed van zijn makkers te slorpen