Kleinkunst: Golden Retriever
Golden Retriever
(Jan De Wilde)
Ik zit boordevol affectie – en vooral voor blondjes-,
en na dagen introspectie zou ik graag het hondje zijn
van ‘n Zuid-Oostvlaamse schone,
ik wil in haar kennel wonen,
‘k wil ontzettend van haar houden
en op haar pantoffels kauwen,
alsjeblieft aanbeden blondje,
toe laat me je hondje zijn.
‘k Kan mooi melancholisch kijken,
‘k kan al zeer goed zwijgen
en wat zo meteen zal blijken,
ik kan al goed hijgen ook,
ik leer met mijn oren flappen
en naar dikke vliegen happen,
vette kluiven onderdabben,
en naar hondevlooien krabben,
alsjeblieft aanbeden blondje,
ik zou graag je hondje zijn.
Wil je me niet adopteren, ik zal altijd braaf zijn
maar ik wil geen kunstjes leren,
laat me niet je slaafje zijn,
‘k wil op lange wandelingen vrolijk rond je benen springen,
in aanranders billen bijten
en hun kuiten openrijten,
alsjeblieft aanbeden blondje,
toe laat me je hondje zijn.
Als ik aan een hondevrouwtje eventjes ga ruiken
kun je me gerust vertrouwen,
kijk dan liefst oogluikend toe,
ik – van mijn kant – zal niet grommen
als je eigen vriendjes komen,
‘k zou zelfs willen rechterpoten
geven aan je bedgenoten,
alsjeblieft aanbeden blondje,
‘k wil alleen je hondje zijn.
Je kunt in de mist verdwijnen, ‘k zal je overal vinden,
Met een neus zoals de mijne vind ik je zelfs blindelings,
‘k laat je niet zomaar verrotten in donkere grotten,
‘k zal je kwispelstaartend halen
uit de diepste dalen,
alsjeblieft aanbeden blondje,
‘k wil altijd je hondje zijn.