Kleinkunst: Kroegen
Kroegen
(Wim De Craene)
Ik hou zoveel van al die kroegen
De diepe bedstee voor de nacht
Als niemand je heeft opgewacht
De toevlucht van het ongenoegen
De oude mannen aan de toog
Die drinkend diepe dingen zeggen
En weten uit te leggen
Hoe dat het leven hen bedroog
En iedereen heeft er zijn waarheid te koop
Ja echt, voor een borrel krijg je weer wat hoop
Om weer te leven
Ik hou zo van die rafelige vrouwen
Je kan ze voor wat losse centen kopen
En naar hun krotje lopen
Je zult je 't later nooit berouwen
De moedeloze, lompe kastelein
Die met wat wijven drinkt en babbelt
Dan naar zijn centen grabbelt
Heus hij weet de beste klanten zijn
En iedereen heeft er zijn waarheid te koop
Ja echt, voor een borrel krijg je weer wat hoop
Om weer te leven
Ik hou zo van die afgetrapte honden
Die altijd weer wel ganse nachten
Er op hun meester wachten
Tot die de straat wordt opgezonden
Ik hou zoveel van al die kroegen
Het zwijgend met gedachten spelen
het stille mededelen
En 's morgens,
's Morgens is het weer
Te vroeg