Kleinkunst: Weet je nog wel, oudje
Weet je nog wel, oudje
(Wim Sonneveld)
Het was eens in de vakantiedagen, weet je nog wel oudje
Dat wij dat foto-album zagen, weet je nog wel oudje
We kiekten ons kind toen het in slaap was gezakt
En hebben dat voor in het album geplakt
Weet je nog wel, oudje
We kiekten hem haast alle weken, weet je nog wel oudje
Het was of dat album haast kon spreken, weet je nog wel oudje
Er was er ook 1 in matrozenpak bij
En die leek precies op een jeugdkiek van mij
Weet je nog wel, oudje
We kiekten al zijn leuke dingen, weet je nog wel oudje
Dat boek zat vol herinneringen, weet je nog wel oudje
We zeiden wel eens als ie zeven zal zijn
En wij gaan zo door wordt het album te klein
Weet je nog wel, oudje
Toen werd ie van ons weggenomen, weet je nog wel oudje
Er is nog 1 kiek bijgekomen, weet je nog wel oudje
Die kiek van het grafje die jij van me kreeg
De rest van het album bleef hopeloos leeg
Weet je nog wel, oudje
Jij stond die dagen steeds te dromen, weet je nog wel oudje
Wat in dat album was gekomen, weet je nog wel oudje
Wanneer ons dat ongeluk niet was gebeurd
Toen hebben we het blad uit het album gescheurd
Weet je nog wel, oudje